Het doet Sinterklaas altijd heel erg veel verdriet als er kinderen zijn die twijfelen aan zijn bestaan.
Natuurlijk bestaat Sinterklaas echt! Waarom staan anders ieder jaar al die duizenden kinderen en hun vaders en moeders aan de kade te wachten?
En zolang als er mensen en kinderen zijn die in Sinterklaas blijven geloven, zolang zal Sinterklaas ook steeds blijven bestaan, dat heeft hij beloofd.

Vaak weet Sinterklaas dat niet meer uit zijn hoofd, en dan moet hij dat even opzoeken. Maar ook dan is het een beetje moeilijk te bepalen, en wel om de volgende redenen.
- Sinterklaas is in het jaar 270 (3e eeuw) geboren. In bv 2020 zou hij dan 1750 jaar oud zijn.
- Maar Sinterklaas (Nicolaas van Myra) werd pas later (6e eeuw) heilig verklaard (Sint Nicolaas), dus als Sint Nicolaas zou hij dan pas ongeveer 1450 jaar oud zijn.
- En het was nog veel later (19e eeuw) dat dat de mensen Sint Nicolaas Sinterklaas gingen noemen en hij dus Sinterklaas werd. Dus als Sinterklaas is hij eigenlijk nog veel jonger dan hij als Sint Nicolaas is, dan is hij ongeveer 200 jaar.
- Kijk je naar het Sint Nicolaas feest, Dan biedt dat ook geen definitief antwoord. Het wordt ook al gevierd vanaf de 6e eeuw, maar pas in de dertiende eeuw werd het Sint Nicolaasfeest vastgesteld op 6 dec (Voordien varieerde het van begin tot eind december), en het was pas in de 19e eeuw dat het verhuisde naar de avond van 5 december, dus ook daar is geen vaste leeftijd te noemen.
Daarom is deze vraag dus niet goed te bantwoorden en eerlijk gezegd is het ook niet zo belangrijk hoe oud de Sint is, je bent zo oud als je je voelt, toch?
Het is in iedergeval wel duidelijk dat Sinterklaas ouder is dan de Opa van jouw Opa zou zijn. En dat antwoord geven de Pieten dan ook meestal.

Sinterklaas is geboren in het prachtige plaatsje Partara, in de streek Lycië, dat lag (net als de stad Myra) in wat toen klein Azië (Asia Minor) heette. Die streek behoorde toen bij Griekenland en was een deel van het Byzantijnse rijk. Sint Nicolaas is dus eigenlijk een Griek of nog beter, een geboren Byzantijn.
Tegenwoordig hoort dat gebied bij Turkije. Daarom maken sommige mensen de fout om te zeggen dat hij uit Turkije kwam.

Vroeger hadden mensen geen achternaam, ze werden genoemd bij hun vadersnaam, bij hun beroep (of titel) of bij waar ze vandaan kwamen. Voorbeelden Klaas Janszoon, Klaas de Bakker, Graaf Klaas, Klaas van Scheveningen.
De Sint zijn eigen naam is Nino Laos (Nicolaas) en omdat hij bisschop werd in het plaatsje Myra (lag vroeger in klein Azië, ligt nu in Turkije en heet nu Demre) werd hij dus Bisschop Nicolaas van Myra genoemd. Je zou dus kunnen zeggen dat zijn achternaam toen 'van Myra' werd. Zijn voornaam was dus 'Nicolaas' en zijn achternaam 'van Myra'.
Maar Sinterklaas heeft nog meer namen.

Omdat de mensen hem heilig verklaarden, zijn zij hem ooit Sint Nicolaas gaan noemen. Dus heet hij nu ook Sint Nicolaas of Sint Nicolaas van Myra.

En ooit werd hij in de tijd van Napoleon eens in Nederland staande gehouden door een van Napoleons Inspecteurs van de Burgerlijke stand.
Deze inspecteurs moesten er op toezien dat iedereen met een voornaam en een achternaam geregistreerd stond. Toen de Inspecteur vroeg: "Wie bent U?", antwoordde de Sint "Ik ben Sint Nicolaas". De volgende vraag was: "Wat is uw voornaam?" en het antwoord was: "Nicolaas". En zo heeft die inspecteur dat toen genoteerd bij de burgelijke stand, 'Nicolaas St.Nicolaas'.
Sindsdien heet Sinterklaas dus ook   Nicolaas SintNicolaas   of   Nicolaas StNicolaas.
En dan mag je ook nog Sint 'Nicolaas StNicolaas' van Myra zeggen. Zo wordt de Sint ook aangekondigt als hij bv. officieel op audiëntie bij de koningin zou komen.
Is hij daar gewoon op Sinterklaas bezoek dan noemt men hem daar natuurlijk ook gewoon Sint Nicolaas en Sinterklaas.

Maar de kinderen kennen hem tegenwoordig ook onder de naam Sinterklaas. Hoe zit dat dan?
Misschien heet jij officieel wel Benjamin, maar noemen je vrindjes jou Ben, dat klinkt gezelliger en/of vriendelijker.Zo noemen zijn vrindjes hem dus Sinterklaas. De kinderen vinden dat vriendelijker klinken als Sint Nicolaas. Sint Nicolaas is dus eigenlijk de deftige naam en Sinterklaas de roepnaam.

Wat zeg je? O ja, je mag dus ook zeggen Sinterklaas van Myra of Sinterklaas StNicolaas van Myra. Maar Sinterklaas is wel het gemakkelijkste.

Ja zeker, zijn ouders waren Euphenius en Anna. Dat waren welgestelde mensen die in Partara woonden.

Ja zeker, Hij had wel familie, maar die zijn geen van allen zo oud geworden als hij. Wel leven er nog achter-achter-achter(58x achter)-neven en nichten, die hebben ook de achternaam StNicolaas gekregen. En Sinterklaas beschouwt alle Pieten ook als zijn familie.

Volgens sommige mensen staat 'kapoentje' voor vetgemest haantje. En met een vetgemest haantje werd dan ook wel een welgesteld, zeg maar rijk, persoon bedoeld.
Nu is Sinterklaas zonder enige twijfel een welgesteld persoon, toch blijft het een niet al te eerbiedige term voor Sinterklaas.
Maar het is nu eenmaal een feit dat kapoentje mooi rijmt op schoentje, of eigenlijk andersom schoentje rijmt mooi op kapoentje, en daarom is het wel duidelijk waarom deze historische term in dat liedje gebruikt is.

Dit hebben we even aan een Piet gevraagd, omdat we het zelf moeilijk konden bepalen. Volgens de Kleermaker-Piet zijn Sinterklaas zijn meestal ogen grijs-blauw maar soms ook met een beetje bruin er in.

Sint Nicolaas is geboren in 270 en overleden in 340, hij heeft dus 70 jaar geleefd.
Dat was voor een tijd waarin de meeste mensen niet ouder als 45 jaar werden, heel erg oud.
En daarom is men zich hem als een oude man blijven herinneren en herdenken.

Lang(er) haar was normaal in de tijd dat Sinterklaas leefde en oudere mannen droegen vaak een baard. Op oude afbeeldingen (Iconen) is te zien dat ook Sint Nicolaas een baard droeg. In de fantasie van de mensen is deze steeds langer geworden (hoe ouder de mens, hoe langer zijn baard, dacht men) tot hij de huidige lengte gekregen heeft.

Sinterklaas zijn baard komt tot halverwege zijn buik. Hoe lang dat is weet hij niet precies. Soms wordt die te lang en dan gaat de Sint naar de kap-Piet, die knipt er dan weer een klein stukje af.

Natuurlijk laat de Sint zijn haar regelmatig knippen, dan worden de dooie punten er afgeknipt. Natuurlijk wordt er niet te veel afgeknipt want Sinterklaas is namelijk erg gesteld op zijn lange witte krullen en baard.
Na het wassen en het knippen zet de KapperPiet er dan ook weer van die mooie golven en krullen in. Onduleren heet dat. Dat kunnen tegenwoordig alleen speciale kappers nog.

Sint Nicolaas was heel vroeger ook een bisschop. Hij was bisschop van de Grieks-Katholieke (Grieks-Orthodox) kerk in de plaats Myra in Klein-Azië (tegenwoordig is dat Turkije en ook heet de plaats nu Demre). Toen droeg hij natuurlijk een Bisschops kostuum, en tegenwoordig draagt hij nog steeds graag een soortgelijk kostuum hoewel hij nu natuurlijk geen echte bisschop meer is. Het kostuum is dus een traditie geworden die bij het Sinterklaasfeest hoort.
En zeg nou zelf, Sinterklaas in Sinterklaas kostuum is toch veel leuker als een Sinterklaas in T-shirt en spijkerbroek.

Sinterklaas zijn kleding bestaat uit verschillende delen.
Hij draagt een paarse tabberd (Priester gewaad), daarover een witte Albe (soort jurk) afgezet met kant langs mouwen en onderkant, daarover een rode Stola (soort sjaal met borststuk). Over die Stola draagt hij soms een bisschopskruis aan een ketting. Om zijn middel komt een wit koord (de Clingel), deze heeft vaak kwastjes op de uiteinden. En dan nog zijn rode Mantel en Mijter.
Natuurlijk heeft hij ook sokken aan en schoenen of laarzen en heel af en toe pantoffels (binnenshuis).
Soms draagt hij bij een bezoek ook wel een werkmijter, bijvoorbeeld als het plafond erg laag is in huis. Verder heeft hij handschoenen aan (meestal witte, soms paarse) en draag hij ook nog een rode bisschopsring.
En als het koud is heeft hij nog een warme roodgele wollen sjaal om.

Deze ring heeft Sinterklaas al heel lang. Hij heeft hem ooit gekregen van een bevriende bisschop en dus niet zelf betaald. Hij weet daarom ook niet wat de ring gekost heeft.

De staf werd heel vroeger gemaakt van massief koper, met een laagje goud er omheen. Maar dat was erg zwaar. Later heeft Sinterklaas een nieuwe staf laten maken door een 'koperslager' in Madrid, nu van een koperplaat. Deze staf is hol, zodat Sinterklaas hem beter kan dragen.

Tsja, helaas raakte Sinterklaas die staf zo'n honderd jaar geleden bij een bezoek aan de Provincie Groningen kwijt. Sindsdien gebruikte hij er een uit de winkel van "Goedkoop is Duurkoop" uit de stad Groningen. Het gebeurt wel eens vaker als Sinterklaas het druk heeft in Nederland dat zijn staf ergens vergeten wordt, daarom neemt hij elk jaar een paar extra exemplaren van de Firma "Goedkoop is Duurkoop" mee als reserve.
Gelukkig heeft Sinterklaas zijn echte 'Madridse' staf in 2013 weer teruggekregen. Wel neemt hij voor alle zekerheid elk jaar nog steeds een paar van de reserve staffen mee.

De mijter van de Sint is een belangrijk kledingstuk. Dat komt omdat de Sint erg lang haar heeft en dit zou allemaal in zijn gezicht waaien als hij niets op zijn hoofd draagt. Helemaal als hij over de daken gaat is het erg belangrijk dat Sint kan zien waar hij rijdt.
Daarom gaat de Sint nooit de deur uit zonder zijn mijter. Als het stormt heeft de Sint speciale stormlinten over de mijter, zodat hij die met 1 hand kan vasthouden.
De mijter van de Sint is rood met goud en loopt in een mooie punt. Heel veel kinderen maken de mooie mijter van Sint na van papier of karton.

Nee hoor, de Sint heeft meerdere Kostuums. Dat is ook nodig, want als de Sint bij een bezoek of intocht natgeregend is, dan kan hij gauw een droog kostuum aantrekken voor het volgende bezoek of intocht. En natuurlijk wil de Sint ook graag elke dag iets schoons aan trekken.
Het uiterlijk van de Kostuums is afhankelijk van welke KleermakerPiet dat kostuum gemaakt heeft, de ene houdt van wat gewoon rood, de andere van wat donkerder rood (bordeaurood), een derde wil wat meer Franje, en weer een andere wil borduurwerk enz. enz..
Wel hebben alle kostuums veel rood en goudkleur omdat dat de lievelingskleuren van de Sint zijn.

In Nederland draagt de Sint het liefst zijn zwarte, nette schoenen. Deze hebben wel een beetje profiel, voor als hij op de daken loop, of met zijn voeten in de stijgbeugels zit. In Spanje gebruikt de Sint vaak wandelschoenen of leren sandalen. Die laatste draagt hij vaak in de zomer omdat ze zo lekker zitten. De Sint loopt eigenlijk nooit op sportschoenen.

Dat gebeurd slechts heel zelden. Eigenlijk alleen als de Sint een beetje sport.
Bijvoorbeeld zomers als het heel warm is in Spanje en de Sint gaat zwemmen, dan draagt hij een rode zwembroek.
En soms draagt Sinterklaas gewone kleren als hij niet wil opvallen ( 'in cognito zijn' heet dat).

Zeker doet de Sint ook nog aan sport. Je zult hem wel niet zien hardlopen, wielrennen of voetballen of sporten in een gymzaal of bij een club, maar paardrijden is ook een sport en ook best zwaar.
Daarbij houdt de Sint van lange wandelingen door het bos en van Sierlijk Schaatsen (ook wel Schoonrijden of Schoon Ryden genoemd (Dat is heel rustig schaatsen met een hele brede statige slag {zwieren}, zoals je soms nog wel in Noord-Holland ziet). Maar dat kan hij alleen als hij op wintervakantie is.
Zie ook : Wat-is-schoonrijden, Schoonrijden nu en wikipedia (nl) Schoonrijden .
En, zoals reeds gezegd, af en toe gaat hij een rustig baantje zwemmen.
Het sporten houdt hem fit en hij voelt zich er jong bij.
Vanzelfsprekend heeft de Sint dan meestal sportievere kleding aan. Sinterklaas voegt hier nog aan toe: "Ook speel ik graag schaak, maar dat valt geloof meer onder de denksport."

Als de Sint gaat wandelen dan neemt hij vaak een paar Pieten mee. Lichaamsbeweging is namelijk erg goed voor iedereen, dus ook voor de Pieten.
Fietsen doe ik eigenlijk nooit. De meeste Pieten hebben wel een fiets en vragen me wel eens of ik mee ga, maar vaak wil ik dan liever op mijn paard meerijden, dan krijgt Amerigo ook zijn beweging.

Sinterklaas is nooit getrouwd geweest. Dat komt omdat hij als bisschop beloofd heeft celibatair te leven. Dat betekent dus eigenlijk dat hij beloofd heeft om nooit te trouwen.
Wel heeft hij van vaderskant nog neven en nichten, deze helpen hem ook wel eens bij zijn werk.

Tja... Sinterklaas heeft meerdere kostuums dus dat geeft al een verschil, dan heeft de Sint de ene keer platte schoenen aan en de andere keer rijlaarzen met stevige hakken, dat geeft verschil in grote en als de Sint moe is en wat krommer loopt lijkt hij weer kleiner en ook wat dikker.
Maar bovenal probeert de Sint er altijd uit te zien zoals de kinderen geloven dat hij er uit ziet. Dat doen alle heiligen. Zij kunnen verschillende 'gedaanten' aannemen. Daarom is de Sint de ene keer dikker en groter dan de andere keer en draagt hij nu eens een bril en dan weer niet.

De Pieten zijn wel eens te ijverig en dan kan het best zijn dat zij twee bezoeken tegelijk hebben ingepland. En dat is dan de reden dat de Sint op meerdere plaatsen tegelijk moet zijn. Dit is bijzonder vermoeiend dus probeert de Sint dat altijd te vermijden.
Televisie-opnamen doet de Sint daarom vaak al wat eerder op de dag en die worden dan uitgezonden op een tijdstip dat veel kinderen kunnen kijken. Zo lijkt het dan of de Sint tegelijk op de TV en in een plaats is.

Ja en Nee. Sommige mensen beweren dat de échte Sint niet meer bestaat en dat het zijn "volgelingen" zijn die voor Sinterklaasje spelen. Dat het dus allemaal hulp-Sinterklazen zijn. Maar dat is praat van domme volwassenen en ongelovige Tomassen.
Natuurlijk bestaat Sinterklaas wel. Maar hij kan helaas niet overal tegelijk zijn. Als het om zieke kinderen gaat, om kleine kinderen of als het om grotere kinderen en volwassenen die echt in hem geloven dan komt Sinterklaas altijd zelf. Maar als het bij een dubbel gepland bezoek om grote mensen gaat of om kinderen die niet meer in hem geloven, dan kan het gebeuren dat de Sint niet zelf komt. Bij die zeer zeldzame gelegenheden (3-5 maal per jaar) stuurt hij een van zijn oude neven. Die zijn er altijd bij als Sinterklaas naar Nederland komt (soms vermomt als Spaanse Edelman), ze hebben daarom veel ervaring en bovendien zijn ze zijn erfgenamen en hebben daarom ook StNicolaas als achternaam gekregen. Dus ook dan komt een 'echte' StNicolaas.
Dus Ja, Sinterklaas krijgt wel eens hulp, maar dat is maar heel zelden, Hij komt veel liever zelf, en Nee, eigenlijk is dat geen hulp-Sinterklaas zoals die ongelovige Thomassen dat bedoelen. Het is een echte StNicolaas met echte Pieten en met een van Sinterklaas zijn echte Grote Boeken.

Toen Sinterklaas nog Bisschop Nicolaas was, nam hij, als hij op reis ging, altijd zijn bisschoppelijke Bijbel mee. Dat was een heel groot boek. Vroeger zaten in de bijbels altijd een paar extra bladen. Omdat losse vellen perkament voor de gewone man te duur waren konden ze op die lege bladzijzen, hun belangrijke zaken bijhouden.
Bijvoorbeeld een stel dat trouwde, kreeg bij hun huwelijk een huwelijksbijbel. Daarin noteerden ze wanneer ze getrouwd waren, wanneer er kinderen geboren werden, wanneer die trouwden, wanneer er kleinkinderen geboren werden en ook wanneer de mensen overleden.
Ook Bisschop Nicolaas noteerde belangrijke zaken, die lang onthouden moesten worden, in zijn Bisschopsbijbel.
En zo ontstond het verhaal "Sinterklaas schrijft alles op in zijn grote boek" of  "Het staat allemaal in het Grote Boek van Sinterklaas".
Veel van de Grote Boeken van Sinterklaas hebben daarom vaak een kruis op de voorkant als herinnering aan die Bisschopsbijbel.

Wanneer Sint Nicolaas begonnen is met de dingen niet meer in zijn Bisschopsbijbel bij te houden, maar daar een special boek voor genomen heeft, is niet bekend. Dat wil zeggen, Sinterklaas weet het wel en anders kan hij dat wel in dat eerste Grote Boek nakijken. Maar hij vindt dat het ons niets aangaat. En daarin heeft hij nog gelijk ook. Wat hij wel vertellen wilde is: Vroeger kon hij wel een paar jaar doen met een Grote Boek. Omdat de bevolking echter steeds groeide, er dus steeds meer mensen bij kwamen en er dus steeds meer zaken veranderden (mensen verhuisden, stoute kinderen werden lief of lieve kinderen deden stoute dingen enz., moest er te vaak in het boek iets doorgestreept en veranderd worden. Dat begon dan op knoeiwerk te lijken en daar houdt de Sint niet van. Daarom nam hij toen elk jaar een nieuw Grote boek, of eigenlijk zelfs 2 (1 voor Nederland, 1 voor België).
Tegenwoordig bestaat het Grote Boek elk jaar uit meerdere nieuwe delen. Zo is er, bv 1 deel voor Amsterdam, 1 voor Rotterdam, 1 voor de provincie Groningen, 1 voor Friesland enz. Elk deel is maar 1 jaar in gebruik (1 jaar oud?), daarna komt er een nieuwe en gaat de oude naar het archief van Sinterklaas, waar de Sint ze nog steeds lezen kan als hij dat wil.
Zien al die Grote Boeken er precies hetzelfde uit?
Nee. Soms heeft zo'n deel een kruis op de voorkant en andere keer kan dat een mijter zijn. Of een andere vorm van versiering. Dat wordt expres gedaan, daardoor kan de Sint ze gemakkelijker uit elkaar houden.

Nee! Sinterklaas weet wel veel, maar echt niet alles. Alles weten kan alleen een god en Sinterklaas is geen god en ook nooit geweest.
Maar de Sint ziet hoort en leest wel veel en voor zijn Luister-Pieten geldt hetzelfde. Of dat nu op TV is, voor de radio, of het in de krant staat of in een brief die iemand aan Sinterklaas heeft gestuurd. Alles wordt gelezen, gehoord en bekeken. En alles wat zij belangrijk vinden, wordt door de Sint in het Grote Boek genoteerd. Dus, ook al staat niet alles in het Grote Boek, er staat wel heel heeeel veel in.

Toen Sinterklaas jong was, heel erg lang geleden, waren er nog geen auto’s. Iedereen liep, of als men snel of erg ver moest en vervoer nodig had, gebruikte men een ezel, een paard of een paard en wagen. Omdat Sinterklaas heel erg veel van paarden houdt, en omdat het een heel erg handig (en millieuvriendelijk) vervoersmiddel is, heeft hij ze nog steeds. Met een paard sta je nooit zonder benzine en de accu is ook nooit leeg. Als je op een paard zit kan je iedereen goed zien en andersom kan iedereen Sinterklaas goed zien. Kortom, voordelen genoeg. Wel gebruikt hij nu heel soms een auto of een bus of de trein voor de wat langere afstanden. Soms gaat 'O Zo Snel' mee, in een trailer achter de auto of in een veewagon aan de trein.

Op heel oude plaatjes zie je dat de Sint vroeger nog wel eens op een bruin paard of op een ezeltje reed.
Maar op een gegeven moment vonden de mensen dat een zo belangrijk man als Sint Nicolaas op een schimmel moest rijden, omdat veel mensen een schimmel heel voornaam en apart vonden en veel hoge heren daarom graag op witte paarden of schimmels reden. Sindsdien rijdt de Sint dus meestal op een schimmel.

Het paard dat Sinterklaas in Nederland berijdt heette tot voor kort altijd Amerigo. Maar de laatste Amerigo is nu met pensioen.
Amerigo was dus eigenlijk de werknaam (functie-naam) van de schimmel. Het nieuwe paard heeft dit keer ook een nieuwe werknaam gekregen namelijk "O Zo Snel", omdat het zo verschrikkelijk snel is. Net als bij een politie-agent, in functie heet hij 'Agent (van Politie)', prive heet hij bv meneer Jansen. Ook heeft de Sint een aantal reserve paarden, reserve "O Zo Snel" dus. Leuk om te weten: De broer van "O Zo Snel" is heel sterk en heet "Zwaar Beladen", het is een paard met een donkere kleur, die die kan mooi 's nachts meet de Pieten mee pakjes rondbrengen.
Als veulen hebben de paarden natuurlijk ook een eigen naam (bv Maandag of Dinsdag of Izabel, Clara of Dandy) en die wordt dus ook weer gebruikt als hij/zij met pensioen gaat. (In het stamboek heet zo'n paard dan bv "Maandag-Sint" of "Sint's maandag" of "Sint's Izabel". In de stal of de wei noemt men hem/haar dan Maandag of Izabel. Datzelfde gebruik zie je ook bij maneges, alle paarden hebben een stamboeknaam en sommige hebben daarnaast ook nog een stalnaam.
Maar als de Sint op zijn paard rijdt dan heet dat paard dus nu O ZO Snel. Dat is gemakkelijker voor Sinterklaas, dan hoeft hij maar 1 naam te onthouden. Wel kan het gebeuren dat de StalPiet vergeet dat hij dan "O Zo Snel" moet zeggen en dat hij het paard dan bij zijn stalnaam aanspreekt. Dan doet de Sint net of hij dat niet gemerkt heeft.
Soms kan het paard dus een ruin zijn en soms ook een merrie. Een paard moet minstens 6 jaar zijn voordat de Sint hem mee naar Nederland neemt, en als een paard ongeveer 22 jaar is gaat hij met pensioen, dan is het de beurt aan een volgende paard.
In België heeft het paard van Sinterklaas 2 verschillende namen: "Mooi Weer Vandaag" en "Slecht Weer Vandaag". De naam is afhankelijk van de regio waar Sinterklaas gevierd wordt. Het paard heeft deze naam gekregen toen Sinterklaas aan Piet vroeg hoe hij zijn schimmel zou noemen. Piet verstond de vraag verkeerd en antwoordde: Mooi / Slecht Weer vandaag, Sinterklaas. Ook daar heeft de Sint reserve paarden. Daar gaat het met de naam net zo bij als het bij Amerigo ging.

Er is wel een merrie gewwest die het paard van Sinterklaas was en die een veulen gekregen heeft. Dat veulen heet Pegasus.
Maar het is niet gebruikelijk dat een merrie die het paard van Sinterklaas is, een veulen krijgt. Want als dan de merrie in Nederland is, zit het veulen in Spanje zonder zijn/haar moeder. Vandaar ! Wel kan het wel eens gebeuren dat een merrie een veulen krijgt voordat ze het paard van Sinterklaas wordt. Bijvoorbeeld als ze 4 of 5 jaar oud is. Dat maakt zo'n merrie wat zorgzamer en voorzichtiger. En als het veulen dan 2 jaar is, vindt het het niet meer erg dat zijn Moeder een paar weken weg is. Dan is het al groot genoeg om zich met de andere paarden te vermaken.

Natuurlijk mag Sinterklaas wel naar de moskee. Hij mag ook wel naar de kerk of naar een synagoge. Iedereen mag dat toch?
Sinterklaas doet dat dan echter niet in het Sinterklaas kostuum, maar in gewone burgerkleding. Waarom? Sinterklaas gaat niet als Sinterklaas naar de moskee, kerk of synagoge omdat dat gebedshuizen zijn en deze dus niet bedoeld om een Sinterklaasfeest te vieren. Vandaar dat de Sint daar dan als een gewone burger heen gaat. Logisch toch?
Nodigt de Imam, de dominee of de rabby hem echter uit om wel als Sinterklaas te komen, dan doet hij dat dan natuurlijk wel.

Dat is niet precies bekend, het kan zijn dat de mensen nog gauw een feest wilden voordat het door de winter te donker en te koud was om veel buiten te zijn. Vaak werd zo'n feest dan gekoppeld aan een kerkmis, en ook vaak gecombineerd met huwelijken en verlovingen. Die vonden altijd al vaak aan het eind van het jaar plaats. Vaak werden Huwelijken enz (en zelfs het St. Nicolaasfeest) ook gekoppeld aan het midwinterfeest (zonnewende feest).
De beschermpatroon voor verliefde mensen was Sint Nicolaas en zo kan een feest met veel verliefde mensen en huwelijken dus gemakkelijk het Sint Nicolaas feest geworden zijn.

De datum van het Sinterklaasfeest is in de 13e eeuw op 6 december gezet. Dat is de sterfdag van de Sint en bij heiligen is hun sterfdag hun feestdag. Vroeger eindigde de dag om 18.00 uur en de avond die dan volgde hoorde bij de volgende dag. Daarom is de avond van 5 naar 6 december Sinterklaas avond (Net als kerstavond de avond voor de eerste Kerstdag is). Dus het Sint Nicolaas Feest werd vroeger op 6 december gevierd, maar pakjesavond hoort dus op 5 december na 18.00 uur gevierd te worden. Echt jarig (geboortedag, birthday) is de Sint dus niet op 6 december, maar omdat zelfs hijzelf niet meer weet wanneer hij precies geboren is viert hij dus zijn verjaardagsfeest wel op 6 december.

Sint Nicolaas is de beschermheilige van o.a. zeelieden, kinderen, verliefden, reizigers, winkeliers en nog veel meer. Veel van die mensen zijn niet bij een kerk, toch is Sint Nicolaas hun beschermpatroon. En als de Sint hun beschermpatroon is, dan mogen ze toch ook zijn feest vieren, is toch logisch toch?

Omdat hij nou eenmaal heel erg veel van kinderen houdt en ze graag een keer per jaar graag verwennen wil. En het is toch heerlijk toch om dingen weg te kunnen geven?

Vroeger was Sint Nicolaas heel rijk, maar het meeste geld gaf hij weg aan arme mensen, dus tegenwoordig is hij minder rijk. Gelukkig zijn er veel mensen die Sinterklaas graag willen helpen, en zo krijgt hij bijvoorbeeld meestal korting op de cadeautjes die hij koopt. En soms sturen de mensen ook cadeautjes naar de Sint die de Sint dan weer weg kan geven. Of mensen sturen hem geld (sponsoring noemt men dat tegenwoordig).

Sinterklaas geeft het liefst kleine leuke cadeautje (bv speelgoed) of zaken die het kind echt nodig heeft (bv een trui).
Maar er zijn wel eens rijkere ouders die vinden dat hun kind een dik cadeau verdient heeft. Die kopen ze dan zelf en ze vragen aan de Sint of hij die dan wil inpakken, een gedicht er bij maken en het in de schoen wil doen of wil brengen op pakjesavond.
Meestal wil de Sint dat wel, maar hij vindt dat zij dan ook wat cadeautjes voor arme kinderen moeten kopen, zodat hij die kinderen dan ook iets meer kan brengen.

Al eeuwen wordt een schoen gebruikt om bijzonderheden in te ontvangen en omdat ieder kind zijn of haar eigen schoen heeft, kan Piet zich nooit vergissen met het uitdelen van de kado's.

In Nederland werd het feest van Sint-Nicolaas altijd op 6 december gevierd. Lang geleden was er op de avond van 5 december altijd een Sinterklaasmarkt. Ouders gingen daar lekkere dingen kopen en kinderen die vroeg naar bed moesten, mochten hun schoen zetten. Op 6 december vonden de kinderen dan het lekkers en de cadeautjes in hun schoen. Ook waren vroeger alle kinderen de 6e December vrij van school. De dag ervoor, op 5 december, werd het ijverigste kind van de klas gekozen tot kinderbisschop. De kinderbisschoppen en hun gevolg (de andere kinderen) mochten verkleed als Sinterklaas langs de deuren om snoep vragen.
Tegenwoordig gaan de kinderen met Sint Maarten langs de deur om snoep op te halen, en vier je het Sinterklaas cadeau-feest op pakjesavond en mag je meestal een paar keer je schoen zetten in de tijd tussen de landelijke intocht en pakjes avond. Wanneer precies, dat spreekt de Sint met je ouders af, of het staat op een briefje in je schoen.

Ja, dat was de betekenis. Zo'n soort gebruik bestond ook al voor het Sinterklaas feest. Maar bij het Sinterklaasfeest kwam er nog een betekenis bij. Jongens en meisjes geloofden vroeger dat Sint Nicolaas ervoor kon zorgen dat iemand verliefd op ze werd. En dat die dat dan ook zouden blijven. Als iemand Sinterklaas al heel vaak had gevraagd om iemand op hem/haar verliefd te laten worden, kreeg hij of zij van de Sint op 6 december een pop van speculaas. Daarom worden die poppen ook wel eens vrijers genoemd. Andere jongens en meisjes konden door die speculaaspop zien dat de ontvanger graag een partner wilde en als ze dat zelf ook wilden, dan zochten ze soms kontakt met de ontvanger. En zo onstonden er dan vaak stelletjes die meenden dat Sint Nicolaas hen samen gebracht had.
Eenzelfde betekenis en effect heeft het gooien van het bruidsboeket, de vangster laat zien dat ze graag trouwen wil.

Tsja, welk kind houdt nou niet van snoepgoed, en eigenlijk is de Sint ook wel een beetje een groot klein kind, dus is hij ook gek op snoepgoed. Natuurlijk let hij wel op dat hij niet teveel daar van eet, en natuurlijk poets hij zijn tanden na bijna elke snoepbeurt.
Dus snoepen is leuk en lekker, maar niet te veel of te vaak en vooral niet vergeten de tanden te poetsen.

Sint Nicolaas leefde en werkte in Klein-Azië. Door de handel met Italië was hij ook in Italië bekend. Daar is later zijn sarcofaag ook heen gebracht (in Bari). Italië was gedeeltelijk van Spanje. Spanje was in die tijd een rijk land waar veel luxe artikelen en lekkers vandaan kwamen. Dus dachten de mensen dat Sint Nicolaas daar zelf ook vandaan kwam. Alle verlanglijstjes werden dus naar Spanje gestuurd en dan werd dat in Spanje een heel gepuzzel waar die lijstjes wel naar toe moesten. Daarom is de Sint toen maar in Spanje gaan wonen, nu komen de verlanglijstje dus vanzelf bij hem terecht.

In Spanje is Sinterklaas redelijk onbekend, dus daar kan hij gewoon zijn leven leiden. In Nederland zou hij een soort bekende Nederlander zijn, die bijna nooit onopgemerkt over straat kan gaan. Er zou bijvoorbeeld ook geen Nationale Landelijke Intocht meer zijn, omdat hij dan elke dag van het jaar al in Nederland zou zijn. Ook zouden dan de andere feestelijkheden lang niet zo speciaal zijn, dat lijkt me minder leuk voor jullie en voor hemzelf. Bovendien houdt hij ook erg van het warme Spaanse weer.

Toen Sinterklaas in Spanje is gaan wonen, woonde hij eerst wel in Madrid. Dat is waarom veel mensen nu nog zeggen dat hij in Madrid woont. Maar omdat dat niet dicht bij de zee ligt is hij later dichter bij de kust van Spanje gaan wonen, vlak bij een grote plaats met haven aan de Middellandse zee.

Zijn huis is een statig huis met 2 verdiepigen en een zolder. Op alle 4 hoeken is een torentje waardoor het een beetje op een kasteeltje lijkt. De buitenkant is grijs-wit gepleisterd, en de daken hebben rode dakpannen. Van de binnen is het een gezellig huis. De muren zijn wit, maar daar is soms niets van te zien, omdat er zoveel tekeningen van kinderen op hangen. De ramen en deuropeningen hebben een Arabische/Moorse vorm. In de raamopeningen zitten glas-in-lood vensters, de deuren zijn versiert met moors houtsnijwerk. De plafonds worden gedragen door stevige houten balken. De beneden vloer heeft plavuizen, de vloeren op de verdieping en de zolder zijn van hout. De meeste meubels zijn van donker hout en de bankstellen zijn een beetje Oosters, met donkere maar heldere kleuren.

Ja, Sinterklaas heeft ook een tuin, een heerlijke tuin. Deze loopt helemaal rondom het huis. Er staan geen bloemen en planten in zoals jullie die in Nederland hebben. In Spanje is het veel droger, daarom heb zijn er veel vetplanten, die goed tegen de droogte kunnen en palmen. Hoe alles heet, dat weet de Tuinpiet. Hij zorgt ervoor dat alles er mooi bij staat. Er zijn verschillende terrassen in de tuin, zodat de Sint en de Pieten altijd een plekje in zon of schaduw kunnen vinden. En ook zijn er vijvers met fonteinen.

Vroeger kwam de Sint helemaal te paard, maar dat duurde altijd erg lang. Met een grote zeilboot kon het wel gemakkelijker maar vaak niet sneller, en dan was je ook nog afhankelijk van de wind. Met een stoomboot was je wel sneller en niet afhankelijk van de wind. Daarom werd het dus een stoomboot.
Tegenwoordig zou het ook met de trein of met een vliegtuig kunnen, maar dat vindt de Sint minder gezellig. Bovendien is de Sint de schutspatroon (beschermer) van de zeelieden en het zou wel een beetje raar zijn als die schutspatroon zelf liever niet over zee kwam.
En zo is het dus een stoomboot gebleven.

De stoomboot gaat snel genoeg om in ongeveer 3 weken vanuit Spanje naar Nederland te komen. Het ligt er een beetje aan hoeveel wind en stroming er staat en of we wind en stroming mee of winden stroming tegen hebben, maar de Sint houdt van vroeg vertrekken, dus meestal vertrekken ze in de tweede week van oktober.

Wind mee? Het is toch een stoomboot?
Ja, maar je merkt op een fiets of in een auto toch ookde kracht van de wind wel? Nou dat is met een boot net zo, zelfs de stroming in het water (bovenstroom) reageert op de wind.
Stroming mee is net zo iets als van een heuveltje af rijden, gaat gemakkelijker en sneller.
Stroming tegen is net zo iets als tegen een heuveltje op rijden, gaat moeilijker en langzamer.

De boot is heel erg groot, wel langer dan twintig meter. Er kunnen ongeveer vijftien Pieten mee op deze boot. Omdat niet alle Pieten en alle cadeaus er op passen en we niet in alle havens binnen kunnen varen met de grootste boot, varen er altijd nog een paar kleinere Pakjesboten mee.

Het is een grote boot, maar omdat ze met zoveel Pieten op de boot zitten, is de binnenkant verdeeld in een aantal kleinere ruimten. Allereerst zijn er natuurlijk de Stuurhut, de Machinekamer en natuurlijk een scheepskeuken, de Kombuis, waar het eten gemaakt wordt.
Alle cadeautjes die ze meenemen krijgen een plaats in het Grote ruim, het eten dat ze onderweg nodig hebben krijgt een plaats in het Kleine ruim en de kolen gaan natuurlijk in het Kolenruim bij de machine kamer.
En dan is er nog een plaats over, de Kajuit, waar zij overdag zitten als ze binnen zitten of als ze eten. En als laatste hun hutten, de scheepskooien, waar ze slapen, dat zijn kleine houten ruimtes, met een laag plafond. Om rechtop te kunnen lopen, zijn de langste Pieten daarom liever op het dek.
Misschien denk je dat je nu nog wat mist, de stal voor het paard? DIe is er inderdaad niet, want het paard gaat liever over land, met de trein of in een trailer. Daardoor kan hij dan ook bij de intocht al staan te wachten

Van de vorige boten is er wel eens een stuk geweest ja. Gelukkig zijn er onderweg naar Nederland nooit ernstige dingen stuk gegaan. Twintig jaar geleden op een terugweg, hadden ze een keer flink pech. Toen hebben ze de boot nog naar een haven kunnen brengen, waar de technische Pieten hulp hebben gezocht bij het repareren. Voor het weggaan controleren ze de boot grondig. Ook vaart er elke reis een kleinere boot mee. En de Pieten kunnen zelf veel reparaties uitvoeren. Het is dus altijd een veilige tocht.

Nee! De Sint staat er op dat ze altijd iets te vroeg uit Spanje vertrekken, zodat mochten er onderweg wat probleempjes zijn, er toch altijd tijd genoeg is om ze te kunnen oplossen en op tijd aan te komen. Het zou toch ook verschrikkelijk zijn als al die lieve kinderen voor niets zouden staan te zingen langs de kades in Nederland!

Nee hoor, koud heeft hij het eigenlijk nooit, het mooie van kou is dat je jezelf daar goed op kunt kleden, en dat doet hij dan ook. Hij heeft er bijvoorbeeld zelfs een speciale sjaal voor. En natuurlijk helpt een extra laagje (onder)kleding ook veel.

Een helper is heel handig, die kan, terwijl iedereen zijn aandacht bij Sinterklaas heeft, gauw dingen onopgemerkt doen, zoals cadeaus verstoppen en strooien enz.. En natuurlijk helpt hij Sinterklaas als die van het paard stapt of op de daken gaat klimmen en bij het cadeautjes inpakken, zakken dragen enz.. Daarom heeft Sinterklaas dus graag een helper mee. Waarom die helper Zwarte Piet heet, leggen we bij een andere vraag nog uit.

Zwarte Piet is jonger als Sinterklaas. En wel om 2 redenen: Ten eerste is hij er pas veel later bijgekomen, ten tweede is hij niet heiligverklaard en alleen heiligen leven eeuwenlang.
Hoe oud een Piet is, dat weten alleen die Piet en Sinterklaas, het staat namelijk in zijn grote Sinterklaasboek
Een Zwarte Piet gaat dus, net als gewone mensen, op een gegeven moment ook met pensioen en wordt dan opgevolgd door een nieuwe Zwarte Piet.

Nee, Je wordt niet als Piet geboren. Om tegenwoordig (Zwarte) Piet te kunnen worden moet je de zeer zware Pieten Opleiding volgen. En dat dan ook nog in je vrije tijd, want je moet dan ook nog gewoon naar school (als je nog jong bent) of gewoon naar werk (als je al ouder bent). Als een getrouwde Piet een baby krijgt dan is dat wel een pietenbaby en dan wordt die ook wel eens een Baby Piet genoemd, maar een echte Piet is dat dan nog niet. Zonder diploma van de Pieten Opleiding ben je geen echte Piet.
Moet je dan zwart of bruin zijn? NEE! Hoe dat zit lees je bij vraag 69.

Vroeger had Sinterklaas slechts 1 helper (Pietermanknecht, Pieterbaas, Zwarte Piet) bij zich als hij naar Nederland kwam, tegenwoordig neemt hij altijd meerdere Pieten mee. Dus ja, hij heeft de hulp van meerdere Pieten.

Sinterklaas 'heeft' de Pieten niet. Ze horen gewoon bij elkaar en ze helpen elkaar allemaal. Sommigen wonen bij hem in Spanje en sommigen wonen in het land dat ze bezoeken. Met elkaar zijn het een heleboel.
Dit is eigenlijk een mooie vraag voor de Huis Piet, hij doet elk jaar een poging om ze allemaal te tellen maar elke keer gaat het weer mis. Zullen het er dan misschien tweehonderd zijn? Nee hoor, het zijn er veel, veel meer, maar hoeveel precies, dat zal de HuisPiet wel nooit lukken om daar een antwoord op te geven.
Waarom niet? Nu, Sinterklaas heeft een aantal vaste Pieten in dienst (ca 25), die gaan ook mee terug naar Spanje, en Sinterklaas heeft daarnaast, in Nederland en Belgie nog een heleboel tijdelijke Pieten in dienst (minstens enkele honderden en misschien wel een paar duizend!), Dat zijn zogenaamde Invaller-Pieten, (HulpPieten).
Dit zijn Pieten die dus wel de volledige Pieten Opleiding (Pietenschool en een aantal praktijkjaren) achter de rug hebben en het echte Pietendiploma gehaald hebben, maar die dus alleen maar als Zwarte Piet werken wanneer Sinterklaas ze in Nederland of België nodig heeft. Ze hebben naast hun Pietenfunctie meestal ook nog een gewone baan en een gezin. Het aantal van deze Pieten dat op een bepaald moment actief in Pietendienst is, kan van dag tot dag (en soms zelfs van uur tot uur!) verschillend zijn. Dus voor de Huispiet nooit te tellen. Voordat hij ze allemaal geteld heeft, is het aantal al weer veranderd. En dan zijn er nog de leerlingPieten (die op de Pietenschool zitten) en ook nog de Pieten in opleiding (Pio's) die de school reeds gedaan hebben en nu hun praktijkjaren goed moeten doorlopen voordat ze een volleerd (Zwarte) Piet zijn. En dan natuurlijk nog de gepensiöeneerde Pieten.
Al met al gewoon te veel om zo maar even te tellen, helemaal omdat veel van de Pieten op andere plaatsen werken als waar de HuisPiet probeert te tellen.

Zoals je bij de vorige vraag hebt kunnen lezen, zijn de echte HulpPieten ook echte Pieten. Wat veel mensen als hulppieten zien, zijn de Beunpieten. Gewone mensen zonder het echte Pietendiploma, die het leuk vinden om zich als Zwarte Piet te verkleden. Die horen dus ook niet bij keine kinderen te komen.

Een volleerde Piet is meestal ouder als 20 jaar, een Piet in opleiding (Pio) is soms wat jonger en een leerlingPiet kan nog weer jonger zijn. Een Piet gaat meestal rond zijn 60e met Pieten pensioen. Een SchoorsteenPiet die veel klimmen moet, wat eerder en een BibliothecarisPiet wat later.
Is hij dus Piet voor zijn hele leven? Nee en Ja.
Nee, hij was eerst gewoon een kind en een jonge volwassene, voor dat hij Piet werd.
Ja, als je eenmaal Piet bent, dan blijf je dat voor de rest van je leven, ook na je pensioen. Je kent dan alle Pieten geheimen en die mag je natuurlijk nooit vertellen, daarom blijf je altijd een Piet. "Eens een Piet, altijd een Piet!" is dus de lijfspreuk van de Pieten.

Je moet eerst een echte Piet zijn voordat je Hoofdpiet kan worden. Zonder diploma van de Pieten Opleiding ben je geen echte Piet. Na deze zware en uitgebreide basisopleiding is er nog een extra opleiding om Hoofdpiet te worden, dit is maar voor weinig Pieten weggelegd.
Er zijn meerdere Pieten met het Hoofdpietdiploma, Vaak geven zij leiding aan een afdeling bijvoorbeeld Hoofdpiet Stallen, Hoofd Keukenpiet enz..
Elk jaar gaat er 1 van hen mee naar Nederland, dat hoeft dus niet altijd dezelfde te zijn.

Jazeker, als Hoofdpiet kan je net als alle gewone Pieten op een gegeven moment met pensioen gaan en dan wordt je opgevolgd door een nieuwe Hoofdpiet.

Vroeger nam Sinterklaas altijd alleen mannelijke Pieten mee naar Nederland, maar tegenwoordig gaan ook ook veel vrouwelijke Pieten mee.
Het gaat er daarbij niet om of ze mannelijk of vrouwelijk zijn, maar of ze nodig zijn. En wie het verlangde werk het beste doen kan, die wordt meegenomen.

Ja zeker. Vooral bij de Invaller/Hulp Pieten zie je veel getrouwde Pieten.
Wat Invaller Pieten of Hulpieten zijn, is bij een voorgaande vraag (61) al verteld.

Sint zijn eerste helper heette Nikodemus, dat was de Sint zijn beste vriend toen de Sint nog Bisschop was. Hij ging vaak 'savonds en 'snachts met de Sint mee op de tochten waarbij de Sint geld en gaven rondbracht. Deze Nicodemus was een boekengeleerde en wist daarom veel en kon daarom ook veel. De zeevarende handelaren die de eerste verhalen over Sint Nicolaas naar Europa brachten, wisten niet precies hoe Nikodemus heette, maar ze wisten wel dat hij heel handig was en veel wist.
In de scheepvaart noemde men vroeger een man die overal voor te gebruiken was een "Pieterman". Die handelaren vertelden dus dat de Sint een Pieterman als helper (= knecht) had. (In België heet Zwarte Piet nog steeds Pietermanknecht.)
Knecht Pieterman, Pieterman knecht en Pieterbaas werd later gewoon "Piet", omdat dat gemakkelijker was en omdat de vrouwelijke Pieten bijvoorbeeld dat PieterMAN minder leuk vonden. Eigenlijk betekent het "Piet" van nu dus "Helper van Sinterklaas" . Daarom noemt men ook nu nog elke helper van de Sint een Piet of Pieterbaas (= hele flinke Piet) of Pieterman of Pietermanknecht. Dat is dus de naam van zijn Functie. Natuurlijk heeft een Piet ook een eigen naam, hij heet bijvoorbeeld Mario of Diego. Hij is dan Piet Mario of Piet Diego. Of hij/zij krijgt een naam die bij zijn functie hoort, voorbeelden zijn HoofdPiet, HuisPiet, TestPiet en ProfPiet.
Als nou Sinterklaas elke keer als hij iets tegen meerdere Pieten tegelijk wil zeggen, roepen moet: "Piet Mario 1, Piet Mario 2, Piet Pedro 1 t/m 5, Piet Diego, Piet Ramon, Piet Pascal, enz. enz enz , even opletten", dan is hij elke keer wel een half uur bezig, daarom roept de Sint dan: "Pieten ! Opgelet !" Dat is veel vlugger en gemakkelijker. Daarom wordt een Piet door de Sint dus meestal ook gewoon met "Piet" aangesproken. En het is ook gemakkelijker te onthouden door kinderen.

Een Piet is wat hij vanaf zijn geboorte is, blank, geel, rood, bruin of zwart. Wel is het zo dat de HulpPieten allemaal nog graag gecamoufleerd (vermomd) willen zijn tijdens hun werk. Wat dat 'Zwarte' of donkere betreft, de Pieten (LuisterPieten, DakPieten, SchoorsteenPieten, PakjesPieten) die 'savonds bij de huizen langs gaan, willen natuurlijk niet opvallen. En met witte of gele camouflage val je in het donker nog steeds heel erg op, daarom dus de donkere camouflage.
De Pieten die bijvoorbeeld de keuken werken of in de bibliotheek of in de tuin, hoeven eigenlijk niet gecamoufleerd te zijn. Maar men heeft het wel eens overdag bij een intocht geprobeerd, met Pieten zonder hun donkere camouflage er bij, je had toen Pieten in allerlei keuren, maar dat vonden de meeste kinderen toen maar erg eng. En daarom voorlopig dus bijna geen witte, gele, rode, blauwe of groene Pieten bij de intocht.
Daarom blijft de traditie voorlopig nog steeds donkere of gecamoufleerde Pieten en zeggen we dus ook nog steeds 'Zwarte Pieten' of 'roetveeg Pieten'. Maar eigenlijk doet er toch niet toe of hij zwart, wit of geel is of welke kleur dan ook. Mensen zijn ook allemaal gelijk, wat voor huidskleur ze hebben of uit welk land ze ook komen, dus als een Piet zich tegenwoordig nog steeds graag donker wil kleuren dan moet hij dat toch mogen, hij wordt daar toch niet minder door, we gaan toch niet discrimineren?

Sinterklaas is al een oude man en zo'n intocht kan erg vermoeiend zijn, daarom rijdt hij op een paard of wordt hij gereden (in een auto of koets). De Pieten zijn veel jonger, die vinden dat lopen geen probleem. In sommige plaatsen rijden de Pieten naast Sint in de koets of auto mee of ze rijden op een cadeauwagen mee of op een fiets. Maar de meeste Pieten vinden dat lopen juist leuk. Het is ook veel gemakkelijker vinden ze. Je kan te voet gemakkelijker de kinderen een handje of snoep geven geven of tekeningen in ontvangst nemen dan wanneer je op een paard zit. Alle Pieten ook op paard lukt ook niet, want je houdt altijd paardePieten nodig die naast de paarden lopend het paard vasthouden. Daarbij komt dat al die Pieten te paard meer ruimte in zouden nemen als lopende Pieten, en dan zou er dus minder ruimte voor het publiek zijn. Ook moet er dan na afloop veel meer paardemest opgeruimd worden. En een ondeugend Pietje zegt nog: We gaan ook wel eens even over het hek heen, beetje keten tussen het publiek of in een winkel. Dat zou allemaal niet meer kunnen als wij te paard zouden zijn. Laat ons dus alstublieft maar lopen, denken de Pieten dus, dat loopt wel los en dan kunnen wij beter losgaan.

Sinterklaas vindt alle Pieten even lief. Soms vindt hij de ene Piet wat liever en een andere keer een andere Piet. Dat is net als bij jou thuis. De ene keer vind je de een de liefste en de andere keer een ander, maar uiteindelijk is iedereen even lief.
Eigenlijk zijn ze allemaal heel leuk. De Pieten waar hij het meest om moet lachen zijn de grapjes-Pieten. Maar omdat ze altijd grappen maken, zijn ze soms ook wel eens stout.

Sommige Pieten zijn inderdaad wel eens stout. Een klein beetje stout vindt de Sint niet erg. Maar als het echt stout gedrag is, krijgen ze eigenlijk nooit straf. Sint vertelt ze waarom iets stout is, zodat ze begrijpen waarom het niet meer mag. Als ze dan toch nog een keer stout zijn, krijgen ze een waarschuwing. En elke Piet die na een eerste waarschuwing nog een keer heel stout is, mag niet mee naar Nederland. Omdat alle Pieten dat juist heel graag willen, zijn ze niet al te vaak stout.

Waarom Sint en zijn Pieten hier Nederlands praten? Nou dat is logisch, anders verstaat niemand ze hier in Nederland! Als ze in Nederland zijn spreken ze Nederlands, in België spreken ze Vlaams of Frans, in Duitsland spreken ze Duits en als ze in Spanje zijn spreken ze Spaans. Dat is wel zo handig. Mede daarom heeft de Sint dus ook in die Landen zijn Inval/Hulp-Pieten. Die spreken dus gewoon hun eigen taal, en Sint en de uit Spanje meegekomen Pieten hebben al die talen ook geleerd.

Zwarte Piet loopt in de kleding van een 16e-eeuwse page. Het pietenpak is dus eigenlijk een "pagepak".
Pages waren de persoonlijke dienaren van hooggeplaatste heren zoals hertogen en prinsen en Bisschoppen. Sint Nicolaas moest dus ook een page hebben vond men, vandaar dat Zwarte Piet een pagekostuum aankreeg.

Sint Nicolaas wilde als gever nooit gezien worden en bracht met zijn knecht daarom alle kadootjes en lekkers in het donker, dus in de nacht.
Oude Volksvertellingen zeggen dat de kadootjes en het lekkers door de schoorsteen in de huiskamer kwamen. En om bij de schoorsteen te komen moet je wel over de daken gaan.

Dat is natuurlijk altijd de vraag van veel kinderen zonder een open haard. Vroeger hadden alle huizen een open haard, zodat de Sint en de Pieten via de schoorsteen hun taken kon uitvoeren. Nu er flats en schuren zijn zonder schoorstenen, heeft de Sint daar wel trucs voor bedacht samen met zijn Pieten. Maar die trucs willen ze helaas voor jullie geheim houden. Er zijn slechts 2 dingen die ze wel wilden zeggen.
Hoe kom je een huis binnen als er geen schoorsteen is en als je geen sleutel hebt?
Dan heb je een slotenmaker nodig.
Vroeger waren de Smeden vaak ook de slotenmakers. Dus dan had je een smid nodig om het huis binnen te komen. Hoe je zo'n huis binnen komt is dus het beroemde geheim van de smid. De uitdrukking "Dat is het geheim van de smid" heb je vast wel vaker gehoord.
Als er geen schoorsteen is gebruiken de Pieten dus het geheim van de smid. Helaas willen ze ons niet vertellen wat dat nu precies is, dus kunnen wij het jullie ook niet vertellen.
J.W. Koning zegt: "Maar ... misschien zijn de Pieten ook wel eens zwart geworden van het roet door het werken bij een smidsvuur? Waren ze misschien een Loper (Een speciale sleutel die op heel veel sloten past) aan het smeden? Ik weet het niet".
En het tweede was dat de Sint verklapte dat ze soms een beetje geholpen worden door jullie ouders.

Vaak moest Piet de schoorsteen met de roe schoonvegen zodat de kadootjes netjes en schoon beneden komen. Tegenwoordig hoeft dat eigenlijk nooit meer en daarom hebben ze nu ook vrijwel nooit meer een roe bij zich.
De zak is een handig vervoermiddel voor de kadootjes en het snoepgoed.
De grote zakken worden gebruikt om cadeautjes in mee te nemen, de kleinere zakken zijn voor strooigoed.

Nooit. Sint Nicolaas houdt van de kinderen en wil ze geen verdriet doen. Daarom laat hij ze daarom altijd bij hun vader en moeder.
En dat verhaal over stoute jongens die voor straf in de zak worden meegenomen naar Spanje? Dat is dus niet waar. Dat misverstand is ontstaan, omdat er een keer een stoute jongen was (Bernard het Stoute Kind), die van huis was weggelopen en die mee wilde naar Spanje. Hij had zich stiekem in een zak tussen de andere (lege) zakken verstopt, en zo werd hij ongemerkt aan boord gehesen. Toen men hem op zee ontdekte (hij had om geen last van honger te krijgen al die tijd de wortels van de schimmel opgegeten), heeft hij natuurlijk straf gehad en is op een passerende boot gezet zodat hij weer naar huis gebracht kon worden.
Om stoer te doen vertelde hij zijn vrindjes natuurlijk dat de Pieten hem hadden meegenomen. En zo onstaan sprookjes die niet waar zijn.
Later is Bernard het Stoute Kind uit zichzelf weer naar de Sint in Spanje gegaan omdat hij ruzie met zijn moeder had. Jaren later is dat allemaal goed gekomen en zijn ze allebeide een (Zwarte) Piet geworden en konden ze gewoon mee naar Spanje.

De grote zakken van Sinterklaas zijn inderdaad vaak gemaakt van jute. Jute is een zachte, glanzende en lange vezel die tot sterke draden kan worden gesponnen. En omdat het materiaal ook nog eens biologisch afbreekbaar is, is het ook nog eens goed voor het millieu. Soms gebruikt de Sint ook wel grote zakken van velours, dat is als het wat deftig staan moet., bv bij een filmopname van een Sinterklaasfilm.
De kleine zakken met strooigoed zijn meestal van linnen of van Jute met een linnen binnenzak, maar ook bij de kleine zakken heeft de Sint een paar van velours.

In Spanje werkt de Sint bijna het hele jaar erg hard aan de voorbereidingen voor zijn verblijf in Nederland. Misschien weten jullie een beetje hoe druk hij het heeft als hij eenmaal in Nederland is. Toch zijn dat voor hem de leukste weken, die ook wel een beetje voelen als vakantie. Als ze terug in Spanje zijn, en alles is opgeruimd, hebben de Sint en de Pieten wel een weekje helemaal vrij. Toch blijven ze dan graag gewoon in Spanje. En natuurlijk gaat hij elk jaar even samen met de Kerstman op vakantie.

Sinterklaas antwoordde: "Och, wat een ontzettend lieve vraag. Dat zou me erg leuk lijken, daarom vind ik het heel jammer dat ik je teleur moet stellen. De Pieten en ik slapen altijd op de boot of samen in een hotel. We slapen vaak pas heel erg laat in de nacht, omdat we in Nederland zo'n druk programma hebben, zeker wanneer het voor de kinderen bedtijd is. Dat past niet binnen het ritme van een normaal gezin".

Sinterklaas komt elk jaar in Nederland aan op de eerste zaterdag na het Sint Maarten feest. (Dus hij komt op de eerste zaterdag na 11 november).

Vroeger waren Sinterklaas en Father Christmas niet dezelfde persoon. Maar toen de verhalen en sommige van de gebruiken rond de Sint naar Amerika kwamen, noemde men hem daar Sankte Claes (oud Nederduits voor Sinter Klaas). Dus Ja, Sinterklaas en Sankte Claes zijn inderdaad een poosje beide de namen voor Sinterklaas geweest. En toen Father Christmas inAmerika met pensioen ging, wilden de feeën dat Saint Nicholas zijn plaats innam. Dus dat eerste jaar in Amerika was de Cadeautjebrenger met Kerstmis inderdaad Sinterklaas, dus kreeg die brenger de naam Sankte Claes.
Maar toen de mensen daar steeds meer aan Sankte Claus begonnen te veranderen, geen schimmel meer maar een paard en slee en nog later rendieren voor de arreslee, geen mijter maar een muts, niet meer cadeaus op 5 of 6 december, maar met de kerst (Zie de film: "Santa and Pete"), toen vond Sinterklaas dat het tijd was dat een van zijn jongere neven, die hem al vaker geholpen had, het daar in Amerika overnam. En ja, die neef had ook de achternaam StNicolaas, op zijn Duits is dat Sankt Nikolaus of Sankte Claus. Vandaar de gelijkenis in de namen van Sinterklaas en de Kerstman.
Daarom pasten ze later de werknaam van de Kerstman aan in "Santa Claus de Kerstman" en gaven de Fairies hem Kabouters en Elven als helpers. Zodat je kunt weten dat ze nu niet meer één en dezelfde zijn. Santa Claus kreeg ook een nieuwe woonplaats. Eerst logeerde hij in het verblijf van Father Christmas in de wouden in het noorden, daarna kreeg hij een woonplaast in het eeuwige ijs op Groenland (waar de Kerstman volgens de Denen nog steeds woont) en nog later verhuisde de Kerstman naar een woonplaats binnen de noordpoolcircel.

Omdat de Kerstman jonger is als Sinterklaas, werd hij ook aan snellere vervoersmogelijkheden gekoppeld. Zo rijdt Sinterklaas op 1 paard over daken en wegen en door de straten, terwijl de kerstman door Elfenmagie in een door 8 rendieren getrokken slee door de lucht vliegt. Bij straten en wegen horen bochten en hoeken, door de lucht kan je in een rechte lijn (dus korter en sneller) en 8 trekdieren (rendieren) zijn natuurlijk altijd sneller als 1 rijdier, en dan is die Elfen magie er nog bij.
De Kerstman kan dus sneller de wereld rond, dat is de ene reden waarom hij in meer landen komt.
De andere reden is dat veel landen hun eigen gebruiken hebben, en Sinterklaas houdt juist zoveel van de oude Sinterklaas tradities. Dus heeft de Sint zoiets van "Als ze het anders willen doen, prima, dan doen ze dat maar, maar dan wel met een ander." Sinterklaas is dus blij dat de Kerstman het werk daar overgenomen heeft.

Sinterklaas vindt dat de Kerstman zijn werk zeer goed doet. En zij zijn zeker geen concurrenten. Integendeel, ze zijn nog steeds hele goede vrienden en werken ook vaak samen. Soms wordt een aan Sinterklaas gevraagd cadeau dat wegens leveringsproblemen te laat was voor pakjes avond, nog door de Kerstman nagebracht.
En soms wordt een aan de Kerstman gevraagd cadeau waar spoed bij is, alvast door de Sint gebracht zodat het op tijd is. Bijvoorbeeld bij iemand die tussen 6 december en 25 december verhuizen gaat of die het cadeau om andere redenen al voor de Kerst moet hebben.

Vanzelfsprekend heeft Sinterklaas liever dat wij in Nederland en België het Sinterklaasfeest blijven vieren en dan met zoveel mogelijk de echte Sinterklaas tradities er bij.
Willen mensen echter liever dat de Kerstman bij hen komt, omdat dat bijvoorbeeld door bijzondere omstandigheden beter uitkomt, dan is de Sint daar niet boos om en zelfs niet verdietig om. Hij hoopt gewoon dat hij de volgende keer weer aan de beurt is.

Kerst is veel meer dan alleen het feest van de Kerstman, dus het Kerstfeest mag je natuurlijk altijd vieren.
Mag je bij allebeide een cadeautjes-feest vieren?
Ja! Er zijn inderdaad ouders die vragen of zowel Sinterklaas als ook de Kerstman bij hun cadeautjes willen brengen. Bijvoorbeeld bij Sinterklaas een groot cadeau en bij Kerst nog een paar kleine cadeautjes, of andersom.
Dan gaan Sinterklaas en Santa Claus samen overleggen wie wat geeft, zodat het kind niet twee keer hetzelfde cadeau krijgt, dat zou sneu voor dat kind zijn.
Maar ook kijken ze goed hoeveel ze elk geven, zodat het kind niet meer krijgt als kinderen waar alleen de Sint of alleen de Kerstman komt, dat zou tegen over die andere kinderen niet eerlijk zijn.

Zoals Sinterklaas en Santa Claus allebei zeggen:
Het gaat er niet om wie belangrijker is, het gaat er niet om aan wie je wat vraagt. Het gaat er zelfs niet om van wie je wat krijgt.
Het gaat er om dat de mensen weer leren dat het belangrijk is om ook eens aan anderen te denken. En het gaat er om dat kinderen leren dat ze ook meetellen en wel eens wat extra's (tijd, aandacht, cadeaus) mogen krijgen en dat zij dan later als ze zelf groot zijn ook weer om anderen denken en aandacht aan kinderen geven. Dat mensen leren rekening met anderen te houden en begrip te hebben voor andere culturen. Dat is het belangrijkste!